Met het besef dat fitness een steeds belangrijkere rol gaat spelen om onze samenleving fitter, vitaler en gezonder te krijgen, groeit ook de aandacht voor onze sector. Overal ontstaan initiatieven en steeds vaker zie ik het product fitness in de media opduiken.
Onlangs was ik in Venlo, waar zeven centra die zijn aangesloten bij Fit!vak samen met seniorenorganisaties voor sport en bewegen een gezamenlijk aanbod voor 55-plussers hebben ontwikkeld. Inclusief testen, een eigen fitnorm en beweegweek. Een prachtig en bijzonder initiatief. Zo zorgt ook ons congres ‘Komt een fitnessondernemer bij de dokter’ op 7 februari voor veel dynamiek. Veel aanmeldingen, maar ook steeds meer voorbeelden van kansrijke verbindingen tussen de eerstelijnszorg en fitness.
Het gedachtegoed van Fitness 2.0 wordt steeds meer omarmd: door fitnesscentra, door de georganiseerde sport, door partners en nu ook door de politiek. In de vorige tranche van de Sportimpuls zijn behoorlijke subsidiegelden toegekend aan fitnesscentra die Fitness 2.0 willen implementeren. Ook in de komende tranche zullen fitnessondernemers een subsidieverzoek indienen. Tegelijkertijd komen er steeds meer reclamefilmpjes over fitness op tv. Met name de low budget ketens Fit For Free en Basic Fit zijn bijna dagelijks op landelijke tv-zenders te zien met spotjes die illustreren hoe zij het product fitness zien en in de markt willen zetten.
Door al deze ontwikkelingen en het reclameoffensief van de low budget ketens groeit het belang van een consistent beeld van onze sector. Wat speelt er nu écht in onze branche, waar liggen de grootste kansen, waar gaan we als sector voor? Wat mij betreft stoelt dat consistente beeld op kwaliteit bieden, op het fitnesscentrum als lokale beweegadviseur en op de samenwerking met de eerstelijnszorg. Eén van de grootste uitdagingen wordt het winnen van het vertrouwen van huisartsen en andere verwijzers, zodat zij hun patiënten ook daadwerkelijk gaan doorsturen naar fitnesscentra met professionele en erkende bewegingsdeskundige (instructeurs) in dienst. Nu is het bijna onmogelijk voor deze Preventiecentra om lokaal in contact of tot afspraken met huisartsen te komen. Dat wordt gevoed door enerzijds gebrek aan kennis bij fitnesscentra hoe zij huisartsen het beste kunnen benaderen – hoe kom ik aan tafel, welke taal moet ik spreken? – en anderzijds door gebrek aan kennis van en vooroordelen over de fitnessbranche bij huisartsen.
Die kennisachterstand en vooroordelen moeten we wegwerken. Dat kan alleen als we ook daadwerkelijk kwaliteit bieden, een trackrecord opbouwen en dat communiceren. Meer dan ooit wordt het van belang om de beeldvorming over fitnesscentra goed en reëel in te kleuren. Dat lukt wel in individuele gesprekken, maar dat is onvoldoende om Nederland te informeren dat fitnesscentra de lokale beweegadviseurs en sportproviders zijn die kwaliteit bieden en een sleutelrol vervullen in het fit, vitaal en gezond maken en houden van de samenleving.
Het neerzetten van dat beeld is een gezamenlijke opdracht voor alle fitnesscentra die vinden dat zij die kwaliteitsrol kunnen en willen vervullen. Wat kunnen we samen doen, wat willen we samen doen? Kortom: hoe kunnen we in 2014 samen campagne gaan voeren?
Ronald Wouters is sinds 2004 directeur van Fit!vak en is na zijn CIOS opleiding altijd actief geweest in de fitnessbranche. Wil je reageren op zijn column, mail naar r.wouters@fitvak.com